NVP Website voor leden

Verkrijg hier toegang tot exclusieve NVP Website ledencontent.

19-12-2022

Uitspraak van de maand december: invulling regiefunctie in opleidingssituatie

In de rubriek 'de uitspraak van de maand' geven we een korte samenvatting van een tuchtzaak die recent of soms al wat langer geleden door het tuchtcollege is behandeld. Dit keer een zaak van twee jaar geleden waarbij een psychotherapeut een berisping krijgt wegens onvoldoende invulling geven aan regiefunctie in een praktijkopleidingsinstelling.

De zaak gaat om een behandeling die uitgevoerd wordt door psycholoog in opleiding tot psychotherapeut (PIOP) en die werkzaam was in de praktijk van de aangeklaagde psychotherapeut. De klacht bestaat uit diverse klachtonderdelen. Het klachtonderdeel dat de psychotherapeut tekort is geschoten in zijn regiefunctie wordt gegrond verklaard.

Het college stelt dat volgens vaste rechtspraak van het Centraal Tuchtcollege de regie van de behandeling van een cliënt is neergelegd bij de zogenoemde hoofdbehandelaar. Die regie houdt in algemene zin in de coördinatie van de behandeling en het zijn van aanspreekpunt voor de patiënt en diens naast betrokkenen ten aanzien van informatie over (inhoud en verloop van) de behandeling. Meer in het bijzonder zal de regievoering ten minste moeten inhouden dat de hoofdbehandelaar:

  • a. door adequate communicatie en organisatie de voorwaarden en omstandigheden schept waaronder de behandeling verantwoord kan worden uitgevoerd; 
  • b. de betrokken zorgverleners in staat stelt een deskundige bijdrage te leveren aan een verantwoorde behandeling van de patiënt;
  • c. in de mate die van hem beroepsmatig mag worden verwacht alert is op aspecten van de behandeling die mede liggen op andere vakgebieden dan het zijne en zich over die aspecten laat informeren door de specialisten van de andere vakgebieden, zo tijdig en voldoende als voor een verantwoorde behandeling van de patiënt vereist is;
  • d. toetst of de door de betrokken zorgverleners geleverde bijdragen aan de behandeling van de patiënt met elkaar in verhouding zijn en passen binnen zijn eigen behandelplan en in overeenstemming hiermee ervoor heeft gezorgd dat de bij de verschillende zorgverleners ingewonnen adviezen zijn opgevolgd;
  • e. in overleg met de desbetreffende bij de behandeling betrokken zorgverleners erop toeziet dat in alle fasen van het traject dossiervoering plaatsvindt die voldoet aan de daaraan te stellen eisen;
  • f. als hoofdbehandelaar de patiënt en zijn naaste betrekkingen voldoende op de hoogte houdt van het beloop van de behandeling en hun vragen tijdig en adequaat beantwoordt.

De regiebehandelaar
Binnen de geestelijke gezondheidszorg wordt de term regiebehandelaar gehanteerd. In het modelkwaliteitsstatuut voor de GGZ (in de voor de klacht relevante periode betreft dit de versie uit 2017) zijn de taken van deze regiebehandelaar beschreven. Samengevat komt het er daarbij op neer dat deze een wezenlijk aandeel heeft in de inhoudelijke behandeling. Hij zorgt ervoor dat in samenspraak met de cliënt een behandelplan wordt opgesteld en stelt dit vast; hij draagt er zorg voor dat dit wordt uitgevoerd en – wanneer omstandigheden daartoe aanleiding geven – wordt bijgesteld. De regiebehandelaar draagt de verantwoordelijkheid voor de integraliteit van het behandelproces. Daarnaast is hij voor alle betrokkenen, inclusief de patiënt/cliënt en diens naasten, het centrale aanspreekpunt.
Overige taken en verantwoordelijkheden van de regiebehandelaar zijn:

  1. hij weet zich overtuigd van de bevoegdheid en bekwaamheid van de andere betrokken zorgverleners in relatie tot de zelfstandige uitvoering van het deel van de behandeling waarvoor zij verantwoordelijk zijn;
  2. hij ziet erop toe dat de dossiervoering voldoet aan de gestelde eisen. Andere betrokken zorgverleners hebben een eigen verantwoordelijkheid in de adequate dossiervoering;
  3. hij laat zich informeren door de andere bij de behandeling betrokken zorgverleners, zo tijdig en voldoende als noodzakelijk is voor een verantwoorde behandeling van de patiënt/cliënt en hij toetst of de activiteiten van anderen bijdragen aan de behandeling van de patiënt/cliënt en passen binnen het door hem in overleg met de patiënt/cliënt vastgestelde behandelplan;
  4. hij en de andere betrokken behandelaren treffen elkaar ten behoeve van periodieke evaluatie van het behandelplan in persoonlijk contact en/of in teamverband, zo mogelijk in aanwezigheid van de patiënt/cliënt, met de daartoe noodzakelijke frequentie (ook teleconferencing), op geleide van de problematiek/vraagstelling van de patiënt/cliënt;
  5. hij draagt zorg voor goede communicatie met de patiënt/cliënt en diens naasten (indien van toepassing en indien toestemming hiervoor is verkregen) over het beloop van de behandeling.

De regiebehandelaar vormt het aanspreekpunt voor de patiënt en kan ingrijpen op momenten dat het in de behandeling niet soepel loopt. Voorkomen wordt dan dat er een situatie ontstaat waarin verplichtingen en rollen onduidelijk zijn. In de geestelijke gezondheidszorg is het waken voor onrust en spanning binnen de behandeling van essentieel belang.

De zitting
De psychotherapeut heeft ter zitting toegelicht dat door zijn kleine praktijk destijds in korte tijd veel patiënten overgenomen werden van een collega die ziek was geworden. Het tuchtcollege is van mening dat die omstandigheid het uitblijven van regie in de beginfase niet minder klachtwaardig maakt. Juist bij een overgang naar een andere behandelaar is tijdig duidelijkheid en regie nodig. Dit geldt temeer nu de praktijk een opleidingspraktijkinstelling betrof. Daarbij is het extra van belang om de rollen en taken van een ieder correct te hanteren en expliciet met de cliënt te bespreken. Het college rekent het tekortschieten hierin de psychotherapeut zwaar aan en legt hem de maatregel van berisping op.

  • Datum uitspraak: 6 november 2020 
  • Lees hier de volledige uitspraak
  • Zie hier voor een soortgelijke uitspraak van het tuchtcollege tegen een psychotherapeut in de rol van werkbegeleider/regiebehandelaar.

Rubriek
In de rubriek 'de uitspraak van de maand' geven we een korte samenvatting van een tuchtzaak die recent of soms al wat langer geleden door het tuchtcollege is behandeld. De uitspraken kunnen een voorbeeldfunctie hebben en dienen als leidraad voor beroepsmatig handelen in situaties die vaker voorkomen. U kunt de zaken gebruiken bij intervisie of zelf uw kennis van beroepsethiek op een bepaald gebied vergroten.