Financiƫle consequenties van het zorgprestatiemodel
In het nieuwe programma van de VVD komt eindelijk het hoge woord eruit: de marktwerking in de zorg is te ver doorgeschoven. Zou Edith daarvan wakker liggen? Of van het feit dat de ziekenhuizen zo lean en mean zijn dat de pandemie zo moeilijk op te vangen is? Enfin, begin 2022 komt er een nieuw bekostigingsmodel. Om het simpeler te maken. Maar er is nog zoveel onduidelijk.
Na ongeveer 10 jaar te hebben ‘gedbc-ed’, is het nu doorgedrongen dat een factuur niet te volgen is. Niet voor de cliënt maar eigenlijk ook niet voor de behandelaar. Nog steeds worstel ik met het vertalen van minuten naar sessies. Wat natuurlijk niet de bedoeling is, maar de naheffingen liegen er niet om. Steeds vraag ik me af: heb ik alle indirecte tijd en tussendoor contacten zoals blended care, wel goed geregistreerd? Als een cliënt mij sms’t of we even kunnen bellen, dan doe ik dat. Maar dan weet ik dan nooit honderd procent zeker of ik wel goed in mijn dbc verdisconteert heb.
Geen instelling
Ik werk in een groepspraktijk waar we veel gedeelde procedures hebben. Als grap zeg ik vaak: ‘we zijn een vrijgevestigde instelling, we hebben een vrijgevestigde instelling.’ We hebben ervoor gekozen om als vrijgevestigd te boek te staan, ook al voldoen we aan de beschrijving van een instelling. Van rechtswege zijn we ook een instelling. Maar we hebben geen instellingsnummer, want dat krijg je niet als je van rechtswege bent toegelaten. (Volgt u het nog?) Dus Vektis geeft ons geen instellingsdeclaratienummer en daarmee kunnen we niet als instelling declareren ook al zijn we het van rechtswege een…… instelling! Geen idee hoeveel indirecte tijd erin is gaan zitten om alle betrokken partijenh hierover te mailen en te bellen.
Nieuwe financiering
Aan dit gedoe komt nu een einde: begin 2022 komt er een nieuw bekostigingsmodel. Een plan, om het simpeler te maken: welke behandelaar ziet welke cliënt in welke setting en hoe lang. Punt. Nou is er nog wel wat gesteggel over het beoordelen van de cliënt. En hoe we dat gaan doen, dat is nog niet helemaal duidelijk. We hebben nu dus geen flauw idee wat de financiële consequenties zullen zijn. De tarieven zijn nog niet bekend, de definities van de settingen zijn al wel redelijk duidelijk maar nog niet hoe zich dat financieel vertaalt.
Ondernemen in een black box
Tot nu toe hebben de zorgverzekeraars ons geïnformeerd dat er een ‘harde’ dbc- sluiting zal komen die financieel onaantrekkelijk zal zijn voor de zorgaanbieder. Ondernemen in de zorg, dat is ondernemen in een black box. Vooral omdat het steeds gaat om een driehoeksverhouding. Je hebt de planbedenkers, de zorgaanbieders en de financiers. De planbedenkers hebben in samenspraak met de zorgaanbieders een mooi plan. De Nza formuleert een tarief, en de zorgverzekeraars doen wat ze willen.
Rendabel
Bij alle projecten die er zijn om de zorg transparant te maken wordt steeds gevraagd wat er nou eigenlijk gebeurt in de ggz? Nou, we leveren de zorg die onze praktijken rendabel laten zijn, om te voorkomen dat we omvallen. Helaas is het tarief van de zorgverzekeraars en hun voorwaarden zo langzamerhand leidend geworden in plaats van de hulpvraag van de cliënt. We moeten toch ondernemen. De huur kunnen blijven betalen. En dan maar zorgen dat de cliënt binnen die stringente eisen zorg kan krijgen.
Vreemdenliefde
Want zorg verlenen, daar gaat het om! Dat is het mooie aan ons vak, zeker nu. Ik moest daaraan denken toen ik een stukje van Claudia de Breij las in het NRC over vreemdenliefde. Claudia schrijft dat ze het betekenisvolle contact met vreemden zo mist in deze coronatijd: ‘Vreemdenliefde, die bloeit bij argeloosheid, en vergaat als je voorzichtig moet zijn.’ En toen dacht ik: wat hebben wij toch een mooi beroep! We mogen met een steeds wisselende stroom onbekende een betekenisvol contact aangaan. En zelfs in quarantaine kunnen wij gewoon doorgaan met ons werk. Ook al blijft die financiering buitengewoon schimmig.